Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
advocatenkantoor BarentsKrans:

"Bij paprikabesluit van NMa zijn kanttekeningen te plaatsen"

De Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) heeft in mei de coöperaties van paprikatelers United West Growers (UWG), Rainbow en FresQ beboet voor in totaal 14 miljoen euro. De coöperaties maakten volgens de NMa o.a. ongeoorloofde prijsafspraken. Ook ZON en coöperatie Pamosa waren bij het vermeende kartel betrokken, maar zij ontliepen een hoge boete omdat er aan het onderzoek van de NMa is meegewerkt. Volgens het advocatenkantoor BarentsKrans zijn er een aantal kanttekeningen bij het besluit van de NMa te plaatsen.

Uit het Paprikabesluit blijkt dat de NMa van mening is dat ZON, UWG en Rainbow van mei 2006 tot en met februari 2009 met elkaar hebben afgesproken om dag- en weekprijzen van paprika’s met elkaar af te stemmen en hierbij een minimumprijs te hanteren. Ze wisselden informatie over gerealiseerde dag- en weekprijzen, klanten en over aanbodprognoses met elkaar uit. Ook respecteerden de partijen elkaars klanten. Verder werd de klokprijs van ZON Verkoopdiensten beïnvloed. Volgens de NMa zijn dit soort afspraken in strijd met het Nederlandse en Europese kartelverbod, omdat dergelijke afspraken tot doel hebben om de concurrentie tussen de betrokken ondernemingen te beperken. Gezien het gezamenlijke marktaandeel van 30 tot 40% van het in Nederland geteelde aanbod van paprika’s in het Hollandseizoen dat loopt van april tot en met oktober, is bovendien sprake van een merkbare beperking.

Naast ZON, UWG en Rainbow heeft volgens de NMa ook Florpartners het kartelverbod overtreden. Florpartners heeft van mei 2006 tot en met maart 2007 een faciliterende rol gespeeld bij de afspraken die tussen ZON, UWG en Rainbow zijn gemaakt.

Begrip 'onderneming'

Ten aanzien van de vermeende gedragingen – zoals afstemmen van prijzen en uitwisselen van concurrentiegevoelige informatie – is de redenering van de NMa goed te volgen. De verwarring ontstaat bij de invulling van het begrip onderneming, stelt BarentsKrans. UWG omvat volgens de NMa niet alleen de coöperatie UWG, maar ook telerscoöperatie FresQ en verkooporganisatie FresQ UWG. Deze laatste is een 100% dochter van telerscoöperatie FresQ. Onderneming Rainbow omvat volgens de NMa niet alleen de coöperatieve Rainbow Paprika Telers (RPT), maar ook telerscoöperatie FresQ en verkooporganisatie FresQ Rainbow Growers Group (RGG). Deze laatste is eveneens een 100% dochter van telerscoöperatie FresQ.

Door de telerscoöperatie FresQ in tweeën te splitsen creëert de NMa een verboden afspraak tussen zowel dochter FresQ UWG en dochter FresQ RGG als ook tussen moeder FresQ en haar dochters. Dat is vreemd, omdat afspraken tussen dochterondernemingen of een moederonderneming en haar dochterondernemingen niet onder het mededingingsrecht vallen, omdat sprake is van één onderneming. Het is volgens BarentsKrans wenselijk dat de NMa het besluit op dit punt nader toelicht, omdat de wijze waarop de NMa het mededingingsrecht hier toepast tot rechtsonzekerheid en verwarring leidt omtrent de uitleg en de toepassing van de mededingingsregels.

Marktafbakening

De NMa bakent de relevante markt in het besluit af tot de Nederlandse markt voor paprika’s gedurende het 'Hollandseizoen' van april tot en met oktober. In beginsel is echter in de praktijk sprake van een Europese of zelfs internationale paprikamarkt. Uit het besluit blijkt niet dat de NMa gedegen marktonderzoek heeft gedaan. Partijen voeren aan dat niet alleen naar concurrentie vanuit Spanje en Israël moet worden gekeken gedurende het Hollandseizoen, maar ook naar concurrentie uit Noord-Europese landen. Daarnaast is onduidelijk waarom de NMa de productmarkt tot paprika’s beperkt en voor de vraagzijde enkel kijkt naar de afname van paprika’s door supermarkten. De uiteindelijke vraag naar paprika’s wordt door consumenten bepaald. Dat neemt de NMa niet mee bij de afbakening van de relevante productmarkt. Vanuit consumenten bezien is de paprika vervangbaar door andere producten, zoals aubergines of courgettes. Partijen voeren dit ook aan, maar de NMa legt dit argument ter zijde.

Oog voor functioneren van agrarische markten

Voor de agrisector is het van groot belang, zowel in kartelzaken als in fusiezaken, dat bij de afbakening van de relevante markt gedegen economisch onderzoek wordt gedaan en rekening wordt gehouden met de werkelijkheid, stelt BarentsKrans. De NMa moet veel meer oog hebben voor de manier waarop agrarische markten functioneren en aan welke concurrentie Nederlandse ondernemingen onderhevig zijn. Of een betere marktafbakening in deze zaak tot gevolg heeft dat de vermeende gedragingen geen merkbare mededingingsbeperkende gedragingen zijn, is niet duidelijk. Maar in het kader van 'een ieder dient de wet te kennen', self-assessment en compliance, hebben ondernemingen in de agrisector er groot belang bij dat door de NMa recht wordt gedaan aan de werkelijkheid. Misschien moet de agrisector zelf de handen ineen slaan en een economisch bureau inschakelen voor gedegen economisch onderzoek.

ZON en Pamosa

Het feit dat de NMa coöperatie Pamosa en ZON in het besluit als één onderneming beschouwt door de nauwe band die tussen Pamosa en ZON bestaat, is in beginsel een positieve ontwikkeling. Hierdoor speelt het mededingingsrecht geen rol in de relatie tussen Pamosa als producent en ZON als afnemer en is er meer ruimte om met elkaar over prijzen te praten. Overigens bestaat er niet altijd een nauwe band tussen een coöperatie en een verkooporganisatie. Bij gebrek aan een nauwe band gelden derhalve de gewone mededingingsregels en mogen er geen vaste of minimum – wederverkoop – prijsafspraken worden gemaakt.

bron: BarentsKrans,
Publicatiedatum: