De programma’s richten zich op het verduurzamen van ketens en duurzame innovatie, het ontwikkelen van nieuwe afzet- en verdiencapaciteit en het versterken van concurrentiekracht en voldoende geschikte werknemers voor de bedrijven in de tuinbouw- en groensector. Een groot deel van de jaarplannen van de programma’s is nog niet volledig uitgewerkt in projecten. Na de besluitvorming over de programma’s in het bestuur is een nieuwe call voor projecten gepland. Voor een aantal programma’s geldt dat een deel van het programma ingevuld wordt in de vorm van een PPS die is ingediend bij de Topsectoren. Er zijn in totaal 11 PPS-en ingediend waarbij het PT grote betrokkenheid heeft.
Programma Plantgezondheid (€ 10,5 miljoen)
Het programma Plantgezondheid investeert in de drie pijlers Plantgezondheid, Fytosanitair en Water, bodem en bemesting via onderzoeken en projecten die het mogelijk maken om knelpunten in teelt en handel daadkrachtig op te lossen, kansen te benutten en om een toekomstbestendige bedrijfsvoering te kunnen waarborgen. Daarbij wordt bij voorkeur geïnvesteerd in zaken die voor meerdere sectoren relevantie hebben. Daarnaast blijven waardevolle projecten als het Fonds Kleine Toepassingen en de Coördinatoren Effectief Middelenpakket bestaan.Programma Energie & CO2 (€ 3,6 miljoen)
De sector heeft ‘op weg naar klimaatneutraal’ concrete doelen en ambities geformuleerd voor 2020. Per tuinbouwdeelsector zijn doelen specifiek, maar de rode draad is 2% energie efficiëntieverbetering per jaar, 14-20 % aandeel hernieuwbare energie in 2020 en een 30% lagere CO2 uitstoot (t.o.v. 1990). Alles is er op gericht om in 2020 klimaatneutrale nieuwbouw economisch en technisch mogelijk te maken. Het programma Energie en CO2 zet concrete activiteiten in gang, van fundamenteel onderzoek tot en met het bevorderen van nieuwe toepassingen, die bijdragen aan realisering van de doelen en het dichterbij brengen van de ambities.Voeding & Gezondheid (€ 1,7 miljoen)
Een voedingspatroon waarin groenten, fruit, noten en zuidvruchten een prominente rol spelen, moet in 2027 vanzelfsprekend zijn. De voedingstuinbouw levert daarvoor veilige, gezonde, aantrekkelijke en smaakvolle producten. Het programma Voeding en Gezondheid draagt hier aan bij door in te zetten op gedragsverandering bij consumenten. In 2013 wordt de GroentenFruit Monitor ingezet om het eetgedrag van consumenten in kaart te brengen, de campagne 2x2 wordt voortgezet en onderzocht wordt hoe gedragsverandering gerealiseerd kan worden. Het programma zet ook in op voedselveiligheid via (reeds lopende) activiteiten als Groenten en Fruit Portaal, EWRS gewasbescherming en FoodCompass. Tenslotte coördineert het PT het crisismanagement en -communicatie voor de voedingstuinbouwProgramma Groen & Welbevinden (€ 2 miljoen)
Groen biedt oplossingen voor wereldproblemen. Groen zorgt bijvoorbeeld voor meer sociale interactie en gezondere mensen. Door groen voelen mensen zich gezonder en wórden ze gezonder. Groen koelt de stad, groen bergt water, groen isoleert, groen levert lokale energie. Groen zuivert de lucht en groen absorbeert geluid.Het programma Groen & Welbevinden streeft naar de realisatie van groene oplossingen om wonen, werken en leven voor mensen te verbeteren in 2022. Het programma investeert daartoe in wetenschappelijk onderzoek, groene innovaties en campagnes. Voorbeelden in 2013 zijn onderzoek naar groene schoolpleinen en toegangsbeperking door groen, campagnes als de Groene stad en Entente Florale en innovaties op het gebied van stadstuinbouw.
Programma Arbeid: werken in de tuinbouw (€ 1,9 miljoen)
Onder het motto ‘Be good and tell it’ stelt het programma zich ten doel, de aantrekkelijkheid van werken in de sector tuinbouw en groen te bevorderen en beter bekend te maken dat daar voor iedereen passend werk is te vinden. Hierdoor krijgen bedrijven een sterkere positie op de arbeidsmarkt om voldoende juist gekwalificeerde mensen aan te trekken en te behouden. Het programma zet in op het bevorderen van goed werkgeverschap, met ondermeer projecten op het gebied van arbeidsmobiliteit, scholing en arbeidsomstandigheden. Ook streeft het programma naar een betere aansluiting tussen beroepsonderwijs en praktijk. Campagnes om werken in de tuinbouw ruim onder de aandacht te brengen en het imago ervan te versterken, vormen een belangrijke pijler van het programma. Met de 2-jaarlijkse Arbeidsmarktmonitor en de verzorging van actuele werkgelegenheidscijfers ontstaat inzicht in arbeidsmarkttrends en achtergronden. Daarmee kan het programma worden bijgestuurd.Programma MVO en Biobased Economy (€1,1 miljoen)
Maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) biedt kansen voor een winstgevende tuinbouw. De Nederlandse tuinbouw doet al veel aan MVO maar dat is onvoldoende zichtbaar. Het programma richt zich daartoe op het kwantificeren van MVO-inspanningen, afleggen van verantwoording, verduurzaming internationale handel en MVO-participatie en -prestatie stimuleren.In de biobased economy kan biomassa afkomstig van planten, bollen, paddenstoelen, bomen en algen gebruikt worden als grondstof voor o.a. geneesmiddelen, cosmetica, geur- kleur- en smaakstoffen, gewasbeschermingsmiddelen, bouw- en verpakkingsmaterialen, veevoer en energie. De transitie naar een biobased economy is noodzakelijk voor zorgvuldig gebruik van natuurlijke grondstoffen op basis van gesloten kringlopen. De biobased economy biedt de tuinbouw ook nieuwe economische kansen. Het programma investeert in kennis- en innovatieprojecten voor het tot waarde brengen van groene grondstoffen. Voorbeelden van projecten: de toepassing van tomatenbladeren voor verpakkingen, de productie en het gebruik van algen voor voeding, voedingssupplementen en veevoer en het winnen van plantenstoffen uit plantaardig restmateriaal voor gewasbescherming.