CVUA Stuttgart, een Duitse organisatie die zich bezighoudt met levensmiddelcontrole, testte sinds mei 2012 333 monsters van verse groenten en fruit op resten van quartaire ammoniumverbindingen. In negen van de 159 monsters van vers fruit (5,7%) konden resten aangetoond worden, waarbij zeven van hen de maximaal toegestane hoeveelheid van 0,01 mg/kg overschreden. De grootste hoeveelheid die werd aangetroffen, bedroeg 0,16 mg/kg van de stof didecyldimethylammoniumchloride op een bananenmonster, zo meldt de Duitse website Gabot.de. In zes van de 174 monsters van verse groenten (3,5%) vond men eveneens resten van quartaire ammoniumverbindingen. Deze overschreden alle zes de maximaal toegestane hoeveelheid van 0,01 mg/kg.
Quartaire ammoniumverbindingen hopen zich op in de celmembramen van organismen en kunnen hun functies beïnvloeden en beschadigen. Vanwege deze eigenschappen worden quartaire ammoniumverbindingen ingezet als gewasbeschermingsmiddelen, desinfectiemiddelen en als hulpstof bij technische toepassingen. Verder worden ze ook als inhoudsstoffen gebruikt in medicijnen voor mensen en dieren en in cosmetica.
Zowel op conventioneel als op biologische geteelde groenten en fruit werden hogere resten dan toegestaan gevonden. De resten van quartaire ammoniumverbindingen werden op verschillende groente- en fruitsoorten uit verschillende herkomstlanden aangetroffen. Ze kunnen hierop gekomen zijn door het gebruik van desinfectiemiddelen tijdens levensmiddelverwerkende processen zoals wassen en verpakken, maar ook door het gebruik van bijvoorbeeld gewasversterkers, die deze stoffen illegaal bevatten. Een acuut en chronisch gezondheidsgevaar is op basis van de tot nu toe gevonden resten onwaarschijnlijk.