Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Ketenregie: onderweg naar de ideale logistiek

Recent onderzoek betitelt 2011 als het jaar van de doorbraak als het om ketenregie gaat. Maar toch zijn er nog beren op de weg naar het ideale logistieke samenwerkingsmodel, meldt GS1.nl/opinie. Bijna 60 procent van de respondenten op de enquête die door Buck Consultants International (BCI) is uitgevoerd, geeft aan dat logistiek dienstverleners werk moeten maken van effectieve ketenregie. Alleen of in samenwerking met verladers. Desondanks is toch nog zo'n 26 procent van de verladers geneigd om de ketenregie in eigen hand te willen houden.

Primair: betere service aan de klant

Wat zijn nou de belangrijkste argumenten om bedrijven en organisaties ervan te overtuigen dat logisitieke samenwerking via ketenregie wel degelijk loont? Volgens Kees Verweij, principal consultant bij BCI, gaat het primair om het verbeteren van de service aan de klant. "Door samenwerking en bundeling van goederenstromen kunnen klanten vaker met kleinere drops beleverd worden, zodat het voorraadrisico vermindert. Ook krijgt de klant minder vrachtwagens aan de deur."

De kosten van samenwerking

Duurzaamheid is ook een argument dat aan belang wint. "Samenwerking alleen op basis van duurzaamheid komt echter maar sporadisch voor", zegt Verweij. "Het is meer een factor die met serviceverbetering en kostenbesparing gecombineerd wordt. Samenwerken betekent verandering. Verandering betekent extra kosten. En die kosten moeten uiteraard door de kostenvoordelen van samenwerking worden terugverdiend."

Zachte factoren

Naast kosten op korte termijn, zijn ook 'zachte factoren' barrières op de weg naar samenwerking tussen verladers. "Onderling vertrouwen en toewijding aan het proces van samenwerking zijn belangrijke gegevens", meent Verweij. "Het laatste betekent dat verladers niet meteen moeten uitstappen als het even tegen zit. Enkele jaren geleden heb ik uitgebreid onderzoek gedaan naar de succesfactoren voor verladerssamenwerking."

Complementaire samenwerking

Die succesfactoren weerleggen al veel van de bezwaren die bedrijven kunnen hebben tegen samenwerking. Vandaar ook dat een van Verweij's aanbevelingen is, om samenwerkingsverbanden op te zetten met verladers die weliswaar dezelfde klanten bedienen, maar niet elkaars directe concurrent zijn. "Dit zijn bedrijven met complementaire producten die een overlap in afleveradressen kennen. Een goed voorbeeld is het – inmiddels wel weer gestaakte – samenwerkingsverband tussen Mars, Douwe Egbers en Unipro Bakery dat zoetwaren, koffie en brood afleverde bij kantines, ziekenhuizen, scholen en dergelijke."

Uit de taboesfeer

Maar ook samenwerking met directe concurrenten komt volgens Verweij uit de taboesfeer. "Het is niet meer taboe, maar het maakt het vaak wél lastiger. Verladers moeten dan heel wat overwinnen. Het kan logistiek een goed idee lijken, maar om de directie, marketing en sales mee te krijgen in een samenwerking met de concurrent is lastig. Zelfs al kunnen de voordelen van de samenwerking overtuigend worden aangetoond."

Ambitieuze beladingsgraad in 2020

Het Topteam logistiek heeft als ambitie om met ketenregie en synchromodaliteit de beladingsgraad in Nederland te vergroten van gemiddeld 45 procent nu, naar 65 procent in 2020. Meer dan de helft van de respondenten op de enquête vindt deze doelstelling haalbaar. Een behoorlijke minderheid van 36 procent echter, betwijfelt of deze ambitieuze doelstelling ook haalbaar is.

Niet zo makkelijk als het lijkt

"De beladingsgraad verhogen is niet zo gemakkelijk als het lijkt", stelt Verweij. "Want er zijn vele factoren van invloed. Bijvoorbeeld tussen welke plaatsen het vervoer plaatsvindt, welke producten worden vervoerd en of deze te combineren zijn. En wat de eisen van de klant zijn. Soms is het ook technisch moeilijk, bijvoorbeeld als het om chemisch transport of tankwagens gaat. Er kan ook geen retourvracht zijn, of snelheid kan prioriteit hebben boven volume."

Hoe fijnmaziger, des te meer samenwerking

Dat bedrijven al in logistieke infrastructuur hebben geïnvesteerd en deze eerst willen terugverdienen en afschrijven, alvorens de samenwerking aan te gaan, heeft volgens Verweij geen vertragende invloed op de invoering van ketenregie. "Capaciteit heeft hier niet zoveel mee te maken. Vrachtwagens zijn relatief snel af te stoten." Wel van invloed is de manier waarop de ketens zijn georganiseerd. Verweij: "Sectoren, die fijnmazige distributiepatronen kennen, gaan steeds meer samenwerken. Het gaat hierbij vooral om consumentenproducten. Ook zijn er sectoren als bloemen en zuivel, waar van oudsher al veel wordt samengewerkt. In de bouwsector echter, komt samenwerking nog maar moeizaam op gang."

Bron: www.gs1.nl/opinie
Publicatiedatum: