De modernisering volgt op de ondernemerspeiling die het PT dit voorjaar hield. PT-voorzitter Agnes van Ardenne: “Ondernemers gaven daarin glashelder aan dat het nu tijd is voor vernieuwing.” Naast de resultaten van de ondernemerspeiling gaven de Topagenda Tuinbouw & Uitgangsmaterialen en het kabinetsstandpunt over de PBO richting voor het nieuwe PT. Ondernemers, bestuurders en PT-medewerkers gaven input voor het ontwerp ervan.
Drie thema’s blijven tot het kernpakket van het nieuwe PT behoren: Voeding, groen & gezondheid, Plantgezondheid & fytosanitaire zaken en Duurzame ketens. Deze taken zijn van publiek belang én hebben tegelijk een grote toegevoegde waarde voor de gezamenlijke ondernemingen in de tuinbouw. Vanwege het grote aantal MKB-bedrijven in de tuinbouw komt dit soort activiteiten privaat niet van de grond. Door de wetgevende bevoegdheid van het PT in te zetten, lukt dit wel, zonder freeriders. Het nieuwe PT investeert niet langer in marktactiviteiten als productpromotie, marktonderzoek en (informatie)logistiek. Deze taken zijn privaat op te pakken. Wel blijft het PT Europees beleid en regelgeving in medebewind uitvoeren, in opdracht van en betaald door de rijksoverheid.
De nieuwe opzet sluit aan bij het kabinetsstandpunt over de schappen dat SZW-minister Kamp begin oktober presenteerde. Van Ardenne: ”Aanvullend op het kabinetsstandpunt zien wij ook een rol op het gebied van Duurzame ketens. Dit is één van de actielijnen in de Topagenda Tuinbouw & Uitgangsmaterialen. Werkgevers en werknemers geven aan daar via het PT in te willen blijven investeren vanwege het grote belang voor sector én maatschappij. Arbeid valt onder Duurzame ketens. Ook op dit terrein staat de tuinbouw voor grote uitdagingen, die publiek-private actie via het PT rechtvaardigen.” Ondernemingen betalen via een basisheffing mee aan het kernpakket. De totale heffingen nemen af van 53 miljoen euro in 2011 via 37 miljoen euro in 2012 (- 30%) naar circa 32 miljoen euro in 2013 (- 40%). In 2009 betaalden ondernemingen nog het dubbele: 65 miljoen euro.
Ondernemingsgedreven
Het PT gaat naar een thematische werkwijze waarbij ondernemingsplatforms investeringsprogramma’s opstellen, bepalen welke projecten erin vallen, welke partijen deelnemen en de aansluiting met de praktijk bewaken. Van Ardenne: “Dit maakt het nieuwe PT de enige ondernemingsgedreven overheid voor de tuinbouw.” Het nieuwe PT verstrekt geen exploitatiesubsidies meer en is geen subsidieloket, maar zet gericht tenders uit. Dit zorgt voor een efficiënte en effectieve besteding van de beschikbare middelen en menskracht.De bestuurlijke organisatie gaat van zeven naar twee sectorcommissies (Voedingstuinbouw en Sierteelt & Groen) en een bestuur. Hierin zitten vertegenwoordigers van werkgevers- en werknemersorganisaties. Voor ongeorganiseerde heffingbetalers zijn per bestuursorgaan twee zetels beschikbaar. Het aantal bestuursfuncties daalt daarmee van 136 naar 31. Bestuurders gaan voldoen aan functieprofielen. Personele unies en dubbelfuncties zijn niet meer toegestaan om belangenverstrengeling te voorkomen. Ook wordt een maximale zittingsperiode van drie termijnen van twee jaar ingevoerd.
Het nieuwe PT vereist een kleine, kwalitatief hoogwaardige werkorganisatie. De modernisering gaat gepaard met een reductie van 142 naar 80 formatieplaatsen. Dit is mede het gevolg van de samenvoeging naar één backoffice en één medebewindsorganisatie van de productschappen in één PBO-huis, zoals ook voorzien in het kabinetsstandpunt.
Download hier de notitie 'Met minder meer' (Ontwerp voor een nieuw Productschap Tuinbouw)
Voor meer informatie neemt u contact op met Geert Pinxterhuis, telefoonnummer 079 - 34 70 651 of e-mail [email protected].