Groente productie in de EU- 27 in procenten van het totaal.
Gemiddeld in 2000-2002 en 2007-2009
Tomaten hebben met 27% het grootste aandeel, kool en wortelen volgen met 8% en sla en radicchio zijn derde met 5% aandeel.
De productie in Italië is in 2010 vrijwel constant met iets minder dan 15 miljoen ton.
Italië: belangrijkste vollegrondsgroenten.
Zonder verwerkte tomaten door de industrie
Het grootste aandeel heeft sla met 14, tomaat met 7, wortelen, meloenen, venkel en artisjokken allen met 6 procent aandeel.
Italië: belangrijkste kasgroenten.
Het grootste aandeel met 30% is voor tomaten, courgettes met 12, sla met 9, meloenen met 8 en aardbeien met 7 procent aandeel.
De grootste producerende regio's in 2008-2010 zijn Apulia (21%); Emilia-Romagna (18%), Campanië en Sicilië (beiden 11%), Latium (7%), Lombardië (6%) en Veneto (5%). In 2010 bedroeg de Italiaanse export bijna 900.000 ton groenten en de import minder dan 600.000 ton.
In 2010 is de export van sla met 18%, bloemkool en broccoli met 8% en tomaten met 13% toegenomen. De export van aardappelen, wortelen en kool daalde licht.De import van aardappelen is met 9% toegenomen.
Italiaanse groente aankopen in de detailhandel.
Huishoudens kopen minder. Het verbruik daalt niet alleen door de economische crisis, maar ook door gebrek aan kennis, informatie en communicatie, aldus Trentini.
Penetratie per groente.
Op de eerste plaats komt sla, gevolgd door tomaten, aardappelen, wortelen en courgettes.
Gemiddelde aankoopprijs (oranje lijn) en aankopen per gezinshoofd (groene lijn) in de periode 2000-2010.
Van 2000 tot 2010 daalde de gemiddelde aankoopprijs per gezinshoofd met 35%. Dit betekent dat de consumptie per hoofd van de bevolking is gedaald van 90 kg. per jaar (247 gram per dag) tot 60 kg. per jaar (160 gram per dag).
Vers gesneden producten hebben nu een omzet van 739 miljoen euro of ongeveer 90.000 ton product. In drie jaar is het aantal huishoudens dat gesneden groenten koopt gestegen van 80 naar 89%.