Bergerden loopt gestaag vol met bedrijven uit andere regio’s. Het Oost-Betuwse vestigingsklimaat biedt voldoende aanknopingspunten om in de toekomst (nog) meer nieuwe bedrijvigheid aan te trekken. Zo heeft het gebied een rijke tuinbouwtraditie en krijgt de sector van de overheid voldoende ruimte om zich te ontwikkelen. Ook is de regio goed ontsloten door de rijkswegen, heeft het vanwege de innovatie die er plaatsvindt een sterk imago en sluit de arbeidsmarkt relatief goed aan op de wensen van de tuinbouwbedrijven.
Kamervoort
Bij de presentatie van het rapport werd ervoor gepleit om nu al gronden in Kamervoort, voor de realisatie van Bergerden 2, aan te kopen. Bijvoorbeeld via STOL-projecten of een andere grondbank. LTO Noord Glaskrachtbestuurder Henk Gertsen uit Huissen in blij met dit pleidooi: "Zo zijn we met Bergerden 1 ook begonnen. De aangekochte grond is later overgedaan aan de gemeenten. De provincie houdt vast aan Kamervoort. We moeten niet wachten met het ontwikkelen van dit gebied tot Bergerden 1 vol zit. Dan duurt het veel te lang tuinders naar Bergerden 2 kunnen."Uit een kwantitatieve analyse blijkt dat die locatie niet zo zeer nodig is voor tuinbouwbedrijven uit het gebied zelf. Henk Gertsen realiseert zich dat de tijd tegen zit. "Er zijn te weinig tuinders die willen verkassen naar Bergerden. Er wordt actie genoeg ondernomen om tuinders hiervoor te interesseren, maar de lage prijzen voor de producten en de hoge gasprijs werken natuurlijk niet mee." De Rabobank wil dit oppakken, liet directeur Food en Agri van Rabobank Nederland Dirk Duijzer weten, door te zorgen dat er tien namen van bedrijven komen die naar Bergerden gaan verkassen.
Verplaatsen kas
De verdere ontwikkeling van de tuinbouwsector is volgens het rapport eerder een opdracht dan een vraag. Voor de verdere ontwikkeling van de Oost-Betuwse tuinbouwsector is het in ieder geval van groot belang dat overheid, ondernemers en andere betrokken organisaties in de toekomst (meer) samenwerken.Daarom vindt tuinbouwvoorman Gertsen het jammer dat het rapport niet meer aandacht had voor de solitaire bedrijven en tuinbouwclusters. "Dat kwam te weinig aan bod." In de gemeenten Lingewaard en Overbetuwe staan zeventig solitaire bedrijven, waarvan de helft volgens Gertsen in de toekomst met het bedrijf verder willen.
"Om deze bedrijven te laten verplaatsen naar clustergebieden is geld nodig. De vier ton die de provincie Gelderland daar nu voor ter beschikking heeft, is veel te weinig. Ik heb er bij gedeputeerde Keereweer op aan gedrongen om hier beleid voor te maken. Om bedrijven makkelijker te verplaatsen is een goede vergoeding nodig."
De Oost-Betuwse tuinbouwsector beslaat op dit moment 930 hectare tuinbouwgrond (ruim 240 bedrijven). Dit is 1 procent van het Nederlandse en bijna 10 procent van het Gelderse tuinbouwareaal. Ruim driekwart van het glasareaal is in gemeenten Overbetuwe en Lingewaard geconcentreerd.
Bron: Nieuwe Oogst