STORL stimuleert verantwoorde afvoer lege verpakkingen
Gemeenten ontvangen van de gewasbeschermingsbedrijven een vergoeding voor het innemen van lege verpakkingen en restanten van gewasbeschermingsmiddelen.
De afkorting STORL staat voor Stichting Opruiming Restanten Landbouwbestrijdingsmiddelen. De STORL-regeling is voortgekomen uit een in 1988 ondertekend convenant tussen overheid en bedrijfsleven. Binnen de STORL wordt samengewerkt door LTO Nederland, Agrodis (distributie) en Nefyto. Doelstelling is het stimuleren van een verantwoorde afvoer van restanten en lege verpakkingen van professionele gewasbeschermingsmiddelen.
Dit gebeurt door het verstrekken van vergoedingen aan gemeenten die dit materiaal via hun milieustraat of KCA-depot innemen. Het gaat hierbij om lege verpakkingen met het STORL-logo Klein Gevaarlijk Afval en om restanten van gewasbeschermingsmiddelen afkomstig van boeren, tuinders en loonwerkers.
"De Europese Commissie heeft tijdens een zogeheten fact finding missie kennis genomen van de Nederlandse STORL-regeling. In het kader hiervan heb ik een presentatie gegeven", zegt STORL-voorzitter Wim in 't Veld. "De Europese Commissie was bijzonder te spreken over de regeling, die door het bedrijfsleven zelf is opgepakt. Ook noemt zij de samenwerking tussen de betrokken partijen uniek. Een benadering die zij aanmerkt als 'goede praktijk'."
Organisatie
De STORL heeft een driekoppig bestuur, met vanuit elk van de drie deelnemende organisaties een bestuurslid. Voorzitter Wim in 't Veld vertegenwoordigt Agrodis. Annemarie Breukers is bestuurslid namens LTO Nederland. Nefyto wordt vertegenwoordigd door Anne de Witte, werkzaam bij Nefyto-deelnemer Bayer CropScience.
Secretaris en aanspreekpunt is Jan Verschoor, werkzaam bij Brabers, het bureau dat ook verantwoordelijk is voor het secretariaat van Nefyto. Adviseurs van de STORL zijn Jo Ottenheim (secretaris Nefyto) en Conno de Ruijter (secretaris/directeur Agrodis).
We praten over de STORL met voorzitter Wim in 't Veld en secretaris Jan Verschoor. "De STORL bestaat al enkele decennia. Maar we houden het actueel, bijvoorbeeld door nu een vergoeding te introduceren voor restanten en verpakkingen die via een inzamelingsactie zijn ingenomen", aldus Jan Verschoor.
Twee logo's
Hoe werkt de STORL-regeling precies? Wim in 't Veld legt het uit. "Het gaat om verpakkingen van gewasbeschermingsmiddelen waar het STORL-logo op staat. Er zijn twee logo's. Aan deze logo's zijn verwijderingszinnen op het etiket verbonden. Staat er 'STORL verpakking - Bedrijfsafval', dan kan deze verpakking na leegmaken en (in de meeste gevallen na spoelen) bij het bedrijfsafval. Dit is verreweg het grootste deel van de verpakkingen."
Een klein deel heeft het logo 'STORL verpakking - Klein Gevaarlijk Afval' (KGA). "Deze verpakking moet na leegmaken (en soms ook na spoelen) worden afgevoerd als klein gevaarlijk afval, wat onder meer kan bij een afvaldepot of een afvalinzamelaar. Is dat een gemeente, dan kan deze gemeente hiervoor een vergoeding krijgen. Dankzij deze vergoeding hoeft de gemeente de brenger van het afval geen (meer) kosten in rekening te brengen ten opzichte van de kosten voor bedrijfsafval. Dit verlaagt de drempel voor gebruikers van gewasbeschermingsmiddelen om verpakkingen en restanten verantwoord af te voeren."
Spoelen is overigens geen probleem voor telers en loonwerkers, want al geruime tijd moeten verpakkingen worden gespoeld en de meeste spuitmachines hebben ook een spoelinrichting. Het gespoelde restant komt in de spuitmachine, waardoor het benut wordt voor de bespuiting.
De verstrekte vergoedingen worden gefinancierd door de bedrijven die gewasbeschermingsmiddelen op de Nederlands markt brengen. Dat zijn voornamelijk de bij Nefyto aangesloten bedrijven, maar ook een aantal andere toelatingshouders.
Restanten
De STORL-regeling geldt niet alleen voor lege verpakkingen met het STORL-logo voor Klein Gevaarlijk Afval, maar ook voor restanten van gewasbeschermingsmiddelen. "Deze restanten kunnen ontstaan doordat een teler bijvoorbeeld stopt met een bepaald gewas", vertelt Wim in 't Veld. "Of doordat een middel niet meer toegelaten is. Over dat laatste wordt altijd ruim op tijd gecommuniceerd, zodat telers de tijd hebben om een product op te maken. Dat heeft tot gevolg dat telers slechts zelden met restanten zitten."
Daarnaast bestaan er acties als 'Bezem door de middelenkast' en schoonwaterprojecten, geïnitieerd door waterschappen, provincies en het Centrum voor Landbouw en Milieu (CLM). In het kader van zo'n actie worden telers geholpen bij het opschonen van hun middelenkast en is doorgaans ook een actieve rol weggelegd voor de adviseurs van distributie.
"Als STORL weten we dat niet in alle gevallen waarin verpakkingen verantwoord worden afgevoerd ook aanspraak wordt gedaan op de STORL-vergoeding", merkt Jan Verschoor op. "In bepaalde regio's hebben boeren een contract met een particuliere afvalverwerker en voeren op die manier het klein gevaarlijk af. Deze boeren brengen hun lege verpakkingen en restanten niet naar de gemeente, omdat zij al op een andere manier hebben geregeld dat hun afval verantwoord wordt afgevoerd."
Daarnaast maken niet alle gemeenten gebruik van de STORL-vergoeding, ondanks dat deze aantrekkelijk is. "Wellicht is in sommige gemeenten het ingeleverde volume zo laag, dat zij het te veel administratieve moeite vinden om vergoeding aan te vragen. Die gaat per kilogram", zegt Wim in 't Veld. "Overigens wil de STORL die drempel gaan verlagen door de papieren aanvraagformulieren te vervangen door een digitaal formulier op internet."
Bron: Nefyto Bulletin