Zakendoen in Japan vraagt een lange adem
Een Nederlandse handelsmissie bezoekt van 11 tot en met 16 december Japan. De missie staat onder leiding van secretaris-generaal Maarten Camps van het ministerie van Economische Zaken. Het bezoek richt zich vooral op de ontwikkelingen in de sectoren tuinbouw, agrofood en cybersecurity.
Ambitieuze overheid
De Japanse overheid heeft ambitieuze plannen om de land- en tuinbouw te moderniseren en meer concurrerend te maken. Het land is nu voor een belangrijk deel afhankelijk van de import van voedsel. Doel is om op termijn zelfvoorzienend te worden en mogelijk zelfs voedsel te exporteren. Dat vraag om een enorme omschakeling in de bedrijfstak waar op dit moment kleine gezinsbedrijven de boventoon voeren.
Nieuwe agrobedrijven
Als het gaat om innovatie en schaalvergroting zit de meeste muziek in de tuinbouwsector. Meer dan 80% van de nieuwe agrobedrijven wordt in deze sector opgericht, vooral vanwege de hoge opbrengsten. Ook grote multinationals worden actief in de tuinbouw. Dat geeft een push aan de innovaties aan de sector.
Verschillende Nederlandse bedrijven uit de agrofoodsector zijn inmiddels actief in Japan. Voorbeelden zijn Koppert Cress, Dacom, Priva en Delphy. Wageningen UR ontwikkelt in samenwerking met het Japanse National Agriculture and Food Research kennis op het terrein van robotica en belichting.
Joint venture met Seiwa
Agrarisch adviesbedrijf Delphy – tot 2016 DLV Plant – GreenQ geheten – is vijf jaar geleden de Japanse markt opgegaan. De samenwerking met tuinbouwtoeleverancier Seiwa is drie jaar omgezet in een joint venture. Het Japanse bedrijf levert onder meer schermdoeken, klimaatcomputers en substraat aan tuinbouwbedrijven.
Volgens Aad van den Berg – hij is manager kennisontwikkeling bij Delphy en tevens directeur van de gezamenlijke onderneming met Seiwa – heeft de samenwerking voor beide partijen voordelen. "Seiwa heeft belang bij kennisontwikkeling onder zijn afnemers, zodat de investeringen sneller worden terugverdiend. Als het gaat om verspreiding van tuinbouwkennis zijn wij expert. De samenwerking is voor ons een mooie kans om onze activiteiten in het land verder uit te breiden."
Kleine tuinbouwbedrijven
Delphy richt zich in Japan vooral op ondernemers in de bedekte teelten. Het gaat over het algemeen om kleine bedrijven met gemiddeld 0,5 tot 1 hectare onder glas of plastic. Qua kennis bevindt de Japanse tuinder zich op het niveau van zijn Nederlandse collega in de jaren zeventig van de vorige eeuw, constateert Van den Berg. "Met seminars, groepsvoorlichting en individueel bedrijfsadvies proberen we het kennisniveau op te krikken. Kennisoverdracht leidt snel tot resultaten: de productie gaat omhoog, de kosten omlaag."
Verkoop van kennis is nieuw
Delphy is het eerste buitenlandse bedrijf dat in Japan op commerciële basis tuinbouwkennis aanbiedt. Van den Berg: "In Japan zijn ondernemers niet gewend om voor kennis te betalen. Landbouwvoorlichting wordt door de overheid georganiseerd en betaald. Aan ons de taak te bewijzen dat onze kennis sneller leidt tot financieel resultaat. Dat vraagt een lange aanlooptijd."
Van den Berg is tamelijk positief gestemd over de agrarische ontwikkelingen in Japan. "Premier Abe wil vooruit, hij pleit voor innovatie, mechanisering en robotisering. Maar ik constateer ook dat de traditionele landbouworganisaties op de rem staan, de boerenorganisaties zien innovatie meer als een bedreiging dan als een kans. De praktijk is weerbarstig."
Lange adem
Zaken doen in Japan vraagt een lange adem, weet Van den Berg uit eigen ervaring. "Nederland heeft een enorme kennisvoorsprong, zeker als het gaat om tuinbouw en agrofood, maar dat wil niet zeggen dat de rode loper voor de Nederlander wordt uitgerold. In Japan gaat het eerst om de relatie, of je betrouwbaar overkomt. Het zaken doen komt daarna."
Bron: Agroberichten Buitenland