Wageningen UR ontwikkelt meetprotocol natte kasdekmaterialen
Condensatie
Het meten van de lichtdoorlaat van kasdekmaterialen is voor de sector een standaard procedure geworden voor productvergelijking en kwalificatie. Bij de diversificatie van glassoorten zoals die zich de laatste jaren met de komst van AR coatings en diffuse glazen heeft voorgedaan is gebleken dat de optische eigenschappen 'onvoorspelbaar' veranderen wanneer er sprake is van condensatie aan de binnenkant van de kas en/of regen aan de buitenkant.
Zo wordt de transmissie vaak lager bij druppelvorming op vlakglas of op hydrofobe materialen maar wordt deze vaak hoger bij materialen met een oppervlaktestructuur en of met een hydrofiele coating. Ook de Haze van diffuse materialen wordt vaak beïnvloedt door condens. Omdat een kasdek vaak nat is, vooral tijdens de winter, is het belangrijk de lichttransmissie te weten onder natte omstandigheden, vaak tijdens periodes dat licht de beperkende groeifactor is.
Uit eerder onderzoek is gebleken dat het meten van de transmissie van natte materialen niet eenvoudig en soms erg tijdrovend is. Condensatie moet opgewekt worden met behulp van de juiste combinatie van temperatuur en luchtvochtigheid, het materiaal moet onder een helling liggen en de meting moet erg nauwkeurig zijn om de soms kleine verschillen te kunnen meten. Vandaar de ontwikkeling van het gestandaardiseerde protocol door Wageningen UR Glastuinbouw.
Bron: Wageningen UR