Telers lopen groter risico op ontwikkelen longziekte COPD
COPD is een chronische en onomkeerbare vernauwing van de luchtwegen door een te sterke afweerreactie van het lichaam op schadelijke stoffen, zoals tabaksrook, gassen en dampen. COPD wordt vooral in verband gebracht met (zware) rokers, maar dit is onjuist. Zo'n 25% tot 45% van alle COPD-patiënten wereldwijd heeft nooit gerookt. Dat roept de vraag op door welke combinatie van genetische en omgevingsvarianten deze groep toch ziek wordt.
De Jong maakte voor haar onderzoek gebruik van gegevens uit twee langlopende, epidemiologische studies naar de gezondheid van de algemene populatie: LifeLines (165.000 deelnemers) en Vlagtwedde-Vlaardingen (meer dan 8.000 deelnemers). De promovenda vond bewijs dat blootstelling aan sigarettenrook of aan giftige dampen, stoffen, gassen op het werk een relatie vertoont met een minder goede longfunctie en het vaker voorkomen van COPD. De individuele gevoeligheid voor blootstelling aan zulke stoffen blijkt verder bepaald te zijn door actief roken en door variaties in nog niet eerder met gevoeligheid voor dergelijke blootstelling geïdentificeerde genen, zoals PCDH9, GALNT13, PDE4D, TMEM176A en NOS1.
Ook bestrijdingsmiddelen blijken nu onder het rijtje schadelijke invloeden te kunnen worden geschaard. De Jong en haar collega's ontdekten dat beroepsmatige blootstelling aan die middelen de sterkste, snelste en meest consistente verslechtering van longfunctie liet zien. Waarschijnlijk geldt dit in het bijzonder voor rokers en mensen met een genetische variant in het gen NOS1. Vervolgonderzoek moet duidelijk maken of mensen die in de buurt van kwekerijen en met schadelijke middelen behandeld land wonen of werken meer gezondheidsrisico's lopen dan anderen.
Bron: Rijksuniversiteit Groningen