Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
Perry van der Meer

“Niet alleen praten over kosten en kilo’s”

Tholen - Met meer dan dertig jaar ervaring in de AGF-sector heeft kwaliteitscontroleur Perry van der Meer een eenvoudige visie op de sector. "De handel die naar de klanten gaat moet goed zijn." Het lijkt een open deur voor een sector die er prat op gaat het beste product ter wereld te telen. "Maar we moeten echt opletten wat we aan het doen zijn. We moeten niet alleen praten over kosten en kilo's, we moeten pas op de plaats maken en nadenken of we op de goede weg zijn."
 


Dankzij zijn uitgebreide ervaring in de AGF-sector is Perry van der Meer eigenlijk een behoorlijke pietlut geworden. "Zo heb ik het geleerd. Het product moest 300% goed zijn, anders kreeg je de wind van voren. En flink ook." De kwaliteitscontroleur heeft deze strenge blik gedurende zijn loopbaan niet verslappen. Inmiddels controleert hij niet meer product tussen teler en telersvereniging, maar is hij een stap in de keten opgeschoven en beoordeelt hij de kwaliteit van het product dat van handelshuizen TNI, Rainbow International en Global Green Team naar de afnemers gaat.
 
Focussen op klant
Een interessante baan, maar niet een zonder zorgen. "In Nederland zijn we op een punt beland waar we pas op de plaats moeten maken. Ik hoef geen noodklok te luiden, maar zeker met de bouwactiviteiten in de glastuinbouw is het de vraag of we op de goede weg zijn. In de sector gaan gesprekken vaak over de kosten van de teelt, terwijl we ons juist vooral moeten richten op de klant."
 
"In grof tros bijvoorbeeld zie je dat het veel draait om opbrengst en om houdbaarheid", vervolgt Perry. "Maar kwaliteit gaat ook om vorm, smaak en uitstraling. En geelverkleuring, bijvoorbeeld. We hebben binnen Harvest House een ras de deur uit gedaan vanwege de geelverkleuring van de kroon. De klant zit er niet op te wachten omdat het niet vers oogt – zelfs als het product wel vers is. Daar moet je niet over discussiëren. Je moet gewoon werken aan wat de klant wil."

Teler bepaalt
Is dat geen rol van de telersvereniging? "Als telersvereniging kan het lastig zijn. Ze werken uiteindelijk in dienst van de telers, dus die bepaalt. Maar binnen Harvest House is de regel dat een ras eerst houdbaarheidsproeven, smaakproeven en de mening van de teler moet doorstaan voordat-ie gezet mag worden – en dan nog niet allemaal tegelijk. De rassen die nu bij ons staan voldoen aan de belangrijke smaak-eisen en zijn sterk op de groene kleur in de tros."
 
Kwaliteitsjagen
In de 33 jaar dat Perry in de AGF-sector zit, is de sector intensief ontwikkeld en is de kwaliteit van het product gestegen. "In het midden-segment sowieso, maar vooral het kleine segment is groot geworden. Qua aanbod, maar ook de kwaliteit van de tomaten is in het kleine segment een enorme sprong gemaakt. Het aanbod en de diversiteit is enorm." Is dat niet ook een valkuil van de sector? Dat er te veel tomaten zijn? Vorige week nog vertelde een plantenkweker dat het lijkt alsof iedere teler een eigen ras heeft. "Als een teler een ras ziet met potentie, gaat-ie al snel naar een zaadhuis toe", erkent Perry. "Dat is ook de tand des tijds. Mede daardoor zijn er zoveel rassen cocktail en santa-tomaten. Ieder heeft zijn eigen merk, zijn eigen ras. Op zich is dat niet verkeerd – iedere supermarkt heeft ten slotte ook eigen lijnen. Het enige wat problematisch kan zijn is als een supermarkt denkt dat de klant door de bomen het bos niet meer ziet en daarom tomaten uit het schap haalt." En dat is juist, komt Perry weer terug bij zijn eerste punt, waarom je als teler wel moet durven kiezen voor kwaliteit en voor smaak. "Een product dat staat voor smaak moet van goede kwaliteit blijven. Daar mag geen verwarring over ontstaan. Dat doen we als sector wel, door alleen te praten over de kosten, in plaats van wakker te blijven en na te denken over wat de klant wil."