Handel speelt een belangrijke rol in zowel verse als bewerkte groentenmarkten, die steeds groter is geworden. De Verenigde Staten importeert een grotere hoeveelheid verse en bewerkte groenten dan het exporteert. Dit is in tegenstelling tot de Amerikaanse handel in landbouwproducten in het algemeen, waar er steeds een handelsoverschot is. In 2000 vertegenwoordigde de verse en bewerkte groentenexport elk 12% van de binnenlandse consumptie. In 2016 is het verse groentenaandeel meer dan 30% en het aandeel bewerkte groenten 22%.
De exportmarkt voor groenten is in een langzamer tempo gegroeid. Tussen 2000 en 2016 is de bewerkte groentenexport verdubbeld van 7 naar 14% terwijl de verse groentenexport tussen 2000 en 2016 van 7 naar 6% daalde. De groei van de import van groenten en andere levensmiddelen is versterkt door de hogere binnenlandse vraag en lagere handelskosten zoals voor transport en invoerrechten. Jaarronde consumentenvoorkeuren voor seizoensgebonden voedselproducten en niet gewoonlijk in eigen land geteelde groenten hebben ook een rol gespeeld. Komkommers, tomaten en paprika's worden voornamelijk geïmporteerd, terwijl bloemkool het grootste exportaandeel heeft. De grafiek is afgeleid van gegevens uit de jaarlijkse tabellen in het ERS Vegetables and Pulses Yearbook die in april 2017 werden bijgewerkt.