Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

UWV: Minder nieuwe WW-uitkeringen in agrarische sector

Het aantal nieuwe WW-uitkeringen in de agrarische sector is het afgelopen jaar met 2.000 afgenomen, een daling van 17% vergeleken met 2015. De daling volgt op een toename vanaf 2012 van het aantal nieuwe uitkeringen. Vooral medewerkers bloemen- en plantenteelt (-16%), productiemedewerkers (-17%), hoveniers (-32%) en tractorchauffeurs (-48%) vroegen minder vaak een uitkering aan bij UWV. Daarentegen groeide het aantal WW'ers dat op zoek is naar een baan als inpakker handmatig (+9%), medewerker groenteteelt (+9%) en agrarisch seizoenskracht groente en fruit (+7%). Het aantal lopende WW-uitkeringen in de land- en tuinbouw maakt bijna twee procent uit van het totaal aantal WW-uitkeringen in Nederland.



Kansen voor werkzoekenden
In 2016 nam het aantal vacatures in de land- en tuinbouw toe tot circa 13.000, een stijging met 30% ten opzichte van 2012. Voor de komende twee jaar wordt een stabilisatie verwacht. Vooral in het groeiseizoen hebben werkgevers moeite om gekwalificeerd personeel te vinden. Dit biedt kansen voor werkzoekenden. Binnen de agrarische en groene beroepen is er met name behoefte aan hoveniers en specialisten plantenteelt. Ook binnen de groenvoorziening, voor milieutechnologen en medewerkers bodemonderzoek en –sanering zijn de kansen op werk voldoende tot goed.

Laag aandeel gezinskrachten in glastuinbouw
De meeste werkgelegenheid in de agrarische sector bieden de melkveehouderij en de glastuinbouw, op afstand gevolgd door de akkerbouw. Deze deelsectoren zijn samen goed voor ruim de helft van alle banen van werknemers en zelfstandigen in de land- en tuinbouw, gemeten in arbeidsjaren. Bedrijven in de veehouderij en akkerbouw steunen voor het overgrote deel op de inzet van de eigenaar en het gezin. In de glastuinbouw (85%) en de bloembollenteelt (70%) is het aandeel van betaalde arbeidskrachten juist het grootst.

Lees hier de factsheet Land- en Tuinbouw van het UWV.
Publicatiedatum: