"Rusland" geen excuus voor anonieme peren"
Het gaat in de uitspraak om een partij peren die in oktober 2014 door het KCB en de NVWA werd aangetroffen. De Conference-peren, 1480 colli à 12 kilogram, zaten in houten kratjes. Klasse-aanduiding, sortering en land van oorsprong ontbraken. Wel was er een handelsmaatschappij terug te vinden op de CMR-vrachtbrieven.
Die handelsmaatschappij kreeg een boete opgelegd: 1000 euro onvoorwaardelijk en 2000 euro voorwaardelijk. Daartegen gingen ze in beroep. Ze vonden de boete te hoog omdat ze nooit eerder voor de tuchtrechter hoefden te verschijnen en omdat het strafbare feit gezien de moeilijke marktomstandigheden van de Russische boycot genuanceerd benaderd moest worden. "De sector werd immers slachtoffer van onjuiste politieke beslissingen", vinden ze en ze stapten naar de rechter om de opgelegde geldboete te halveren.
Het College van beroep voor het bedrijfsleven heeft daar geen boodschap aan. Bij het bepalen van de boete hebben de grootte van de aangetroffen partij peren en de marktwaarde daarvan, alsmede de preventieve (afschrikwekkende) werking van de boete een rol gespeeld. "De omstandigheden zijn geen aanleiding om de overtreding minder verwijtbaar dan wel minder ernstig te achten."