Het Amerikaanse ministerie van Landbouw heeft het Spaanse ministerie van Landbouw en Visserij, Voeding en Milieu een officiële machtiging gegeven voor de export van Spaanse paprika's. Met de autorisatie worden de intense onderhandelingen tussen beide ministeries beëindigd. De onderhandelingen waren in december 2015 van start gegaan nadat de export werd onderbroken om fytosanitaire redenen.
Meteen nadat de markt dichtging, bezochten Spaanse landbouwtechnici de getroffen kassen. Ze beoordeelden de naleving van de vereiste omstandigheden en het exportprotocol in samenwerking met de producenten en exporteurs. Zo werd alle informatie verzameld waar de inspectiedienst van de Verenigde Staten om vroeg.
De uitwisseling van informatie tussen het ministerie en de Amerikaanse Inspectie voor Dier- en Plantgezondheid (APHIS) werd eind november afgerond met een bezoek van een delegatie technici van de APHIS. Toen zagen ze dat de Spaanse controles en certificeringsplannen strikt en serieus zijn. De Amerikaanse inspectiedienst waardeerde vooral de software-applicatie van CEXVEG (buitenlandse plantenhandel van het ministerie) voor het beheren van de import en export en besloot dat ze vertrouwen kan hebben in de Spaanse controle en in het certificeringssysteem. Ook zou Spanje wel beschikken over de capaciteit om problemen op te lossen om te blijven voldoen aan de fytosanitaire eisen.
Spanje kan onmiddellijk beginnen met exporteren na de machtiging: de geautoriseerde exportperiode loopt van 1 december tot 30 april. Het belang van de Spaanse paprika export in de Verenigde Staten is kwalitatief. Het is een stabiele en strategische markt waar het land gemiddeld 3.000 ton paprika's naar exporteert.