De Israëlische agrarische exportsector verkeert in een diepe crisis, zo luidt de conclusie van een onlangs verschenen rapport. De agrarische productie is vorig jaar vrijwel constant gebleven wat grotendeels toegeschreven kan worden aan de hogere prijzen in de veehouderij en op de lokale markt. De AGF-export daarentegen vertoonde een flinke daling zowel in productie als inkomsten.
De voorbije jaren is de AGF-sector de aanjager geweest van de gehele landbouwsector in Israël. De citrus- en fruitexport zijn hierbij het belangrijkst en blijven goede inkomsten opleveren. Dit kan helaas niet gezegd worden over de groentensector, die zijn exportvolume de laatste twee jaar fors zag afnemen.
Tot op heden is onduidelijk of de exportdaling een tijdelijk fenomeen is of dat de trend een meer permanent karakter heeft. De dalende exportmogelijkheden worden onder meer toegeschreven aan het uitblijven van nieuwe marktontwikkelingen en nieuwe rassen die de positie van Israël zouden kunnen verbeteren.
Producenten wijzen naar de regering, die in veel gevallen onvoldoende steun heeft geboden. Toen de paprikasector in zwaar weer belandde, greep de regering weliswaar in maar te traag. In overige sectoren die in moeilijkheden verkeren, zoals de aardappel- en wortelsector, is er weinig gedaan om de problemen het hoofd te bieden. Vanwege hun grootschaligheid en de aanzienlijke investeringen staat er voor deze laatstgenoemde sectoren echter nog meer op het spel.
Avshalom Vilan, voorzitter van de Bond Van Israëlische Telers, legt uit dat de bevindingen van het rapport een waarschuwingssignaal zijn voor de toekomst van landbouwsector in het land. De sterke daling van de export brengt risico's met zich mee. "We teren op onze eerdere successen. Om de Israëlische landbouwsector weer op de rails te krijgen, hebben we dringend een landelijk plan van aanpak nodig dat gesteund wordt door de overheid."