In Nigeria zijn de grote verliezen na de oogst een bron van zorg. Hoewel in het land een grote verscheidenheid aan gewassen geteeld wordt, levert de voedselonzekerheid grote problemen op. Een groot gedeelte van de AGF-productie valt ten prooi aan plagen, ongedierte en bederf als gevolg van slechte behandeling, verwerking, verpakking en opslag na de oogst. Volgens het Nigeriaans onderzoeksbureau NSPRI gaat in sommige gevallen 40% van de productie na de oogst verloren.
Dit heeft niet alleen nadelige gevolgen heeft voor de inkomsten van telers maar ook een ongunstig effect op het Bruto Nationaal Product van het land.
In het noorden van Nigeria heeft een uitbraak van Tuta absoluta grote schade aangericht aan de tomatenteelt. Een aantal partners van de Wereldbank, waaronder DFID en DANSA, hebben hun zorgen hierover kenbaar gemaakt en gezocht naar manieren om de waardeketen te ontwikkelen, met name door de samenwerking met telers uit te breiden. Zo hebben telers training gekregen op het gebied van technische- en managementvaardigheden, opslag en transport.
De doelstelling hiervan is om de grote mogelijkheden van de tomatenwaardeketen te benutten, verliezen te beperken en de lokale agrarische sector een nieuwe impuls te geven.
Voedselveiligheid en verliezen na de oogst
Belanghebbende partijen zijn het erover eens dat het vergroten van de voedselproductie van belang is maar dat dit niet noodzakelijk bijdraagt aan het verhogen van de voedselveiligheid. De handelingen na de oogst zouden gericht moeten zijn op het beperken van verliezen.
De Voedsel en landbouworganisatie FAO verwacht dat het met 50% terugbrengen van de verliezen na de oogst onder meer kan leiden tot het verminderen van de AGF-import in Nigeria.
De aanvoer van levensmiddelen zou toenemen zonder dat daar meer land, water of arbeid voor nodig is, terwijl de inkomsten van telers en verwerkers er op vooruit gaan.
Klik hier/ here om het volledige artikel te lezen