Pas na de zomer meer duidelijk over McKinsey-plan
Met de Nederlandse tuinbouw gaat het slecht - en als er niets verandert gaat het alleen maar slechter. Met die boodschap in het achterhoofd zaten een aantal telers vorig jaar aan het kerstdiner. Het was de conclusie van het McKinsey-rapport, waarin onderzoek gedaan werd naar het bestaansrecht naar de sector. Alleen drastische veranderingen kunnen de sector redden. LTO Glaskracht nam het voortouw en legde de keuze bij de telers neer: willen jullie de sector veranderen? Begin 2016 moesten ze laten weten of ze hiermee aan de slag wilden. Begin dit jaar werd langzaam duidelijk dat een aantal telersverenigingen dat wel zag zitten. Een meerderheid van de leden van Best of Four en Coforta committeerde zich aan het plan. De Limburgse verenigingen ZON en Kompany besloten zich eerst te richten op de regionale Tuinbouw Versnellingsagenda. En daarna werd het stil. "Zie het als een broedende kip", verklaarde Uli Schnier, voorzitter van de plannen, in april.
Inmiddels, weer een seizoen verder, is de kip nog steeds niet uitgebroed. Er wordt nog steeds overlegd. "Er staat enorm veel gas op de besprekingen", vertelt Uli Schnier, "maar er is toch weer sprake van vertraging. Daar draagt de vakantie nu ook aan bij. Op dit moment verwachten we eind augustus, begin september met een plan te komen." De vertraging heeft volgens Schnier ook te maken met de zowel collectieve als individuele aanpak van de plannen. "Er is zeker sprake van voortgang, maar er zijn telkens weer aspecten waar naar gekeken moet worden."
Wat inmiddels wel duidelijk is: McKinsey gaat geen vervolgplan maken voor de sector. Vanuit een aantal punten uit het McKinsey-rapport wordt het plan wel verder ontwikkeld. Dat is ook waarom de Limburgse telersverenigingen weer zijn aangesloten bij het overleg. "Limburg moet haar bijdrage aan het proces blijven leveren, met als doel een bruikbaar eindadvies dat ten minste geen hindernis vormt voor Limburgse keuzen", is het standpunt volgens de Versnellingsagenda. Ook een ander punt daaruit, het versterken van de regionale merken, wordt in gang gezet.
Het tweede duidelijke punt is dat Cees Veerman terugkeert naar de tuinbouw om mee te werken aan de modernisering van het teeltareaal. Hij gaat zich actief gaan inzetten voor de glastuinbouwsector. "De opdracht voor prof. dr. Veerman, namens Rabobank NL, omvat 1.000 hectare. Modernisering Teeltareaal Greenport & Agrologistiek Westland, in het belang van de tuinbouw", twitterde Sjaak van der Tak eerder. Maar wat deze plannen zijn, daarover kan de Gemeente Westland nog niets zeggen.