Bonenkruid: oud kruid herontdekt

Tegenwoordig hebben verse kruiden een vaste plek in ons menu. Dit is echter nog helemaal niet zo lang het geval. Enkele decennia geleden bestond de kruidentuin vooral uit peterselie, bieslook, dille en bonenkruid, meldt het 'Provinzialverband Rheinischer Obst- und Gemüsebauer' in Bonn. Groene bonen in alle varianten en dikke bonen stonden vroeger zeer vaak op het menu, omdat ze zeer goed houdbaar gemaakt konden worden voor de winter. Daarom had ook vrijwel iedereen bonenkruid in zijn tuintje. Het kruid bevat namelijk etherische oliën die de smaak van bonen, maar ook de verteerbaarheid van deze peulvruchten verbeteren. De toepassingsmogelijkheden van bonenkruid zijn echter nog veel omvangrijker.

Het kruid met de peperachtige smaak past ook bij andere peulvruchten zoals erwten of linzen, maar ook bij varkens- of lamsgebraad en vis. Men moet echter niet te veel gebruiken, want de smaak van bonenkruid is zeer intensief. Er zijn twee soorten bonenkruid: het eenjarige bonenkruid en het meerjarige bergbonenkruid. Bergbonenkruid is uitstekend geschikt voor de teelt in eigen tuin. Het eenjarige bonenkruid wordt gesneden en gebundeld aangeboden. Beide soorten kunnen uitstekend gedroogd worden. Hiervoor hangt men kleine bosjes op zijn kop op een donkere, droge plaats op. Zodra de bosjes droog zijn, kan men de blaadjes er eenvoudig vanaf halen en in een afsluitbaar glas of blik maandenlang bewaren.